Wat de ultieme culthit had kunnen worden, werd de ultieme klucht. In deze korte verwerkingsoefening aandacht voor wat eenvoudige ethiek en de belangrijkste bijzaak van het moment: Joost Klein en de Eurodeceptie.

Toen ik het lied van Joost Klein voor het eerst hoorde als inzending namens Nederland voor het Songfestival in 2024, moest ik de toetsenbordridder in mijzelf onderdrukken. Want wat moest dit voorstellen? Maar net als vele anderen begon ik langzaam sympathie te krijgen voor het lied. Op enig moment had ik zelfs kippenvel bij het ‘Ja, hey, welkom in Europa, jonguh!’, waarna zich een enorme nostalgie van mij meester maakte. De jaren 90 waren even weer heel erg dichtbij.

Toegegeven, het ‘blijf hier tot ik doodga’, met het snijgebaar op de keel is me altijd tegen blijven staan. Het past eigenlijk helemaal niet bij het vrolijke nummer, dat plezier uitstraalt ondanks het feit dat de boodschap uiteindelijk een ernstige is.

Alle ironie van die boodschap is nu tot een cynische climax gekomen die geen scenarist had kunnen verzinnen. Misschien heeft Joost wel precies dat gebaar gemaakt naar die cameravrouw toen ze hem zou hebben geschonden in zijn privacy. Hoe dat precies is gegaan, weten we nog niet, maar op basis van wat we wel weten is het mogelijk om wat vrij na te denken over ethiek en proportionaliteit.

Er botsen hier grofweg namelijk twee stromingen met elkaar: legalisme en utilitarisme.

Legalisme kunnen we omschrijven als de filosofische benadering die zich richt op het strikt volgen van vastgestelde wetten en regels als basis voor ethisch gedrag. Simpel gezegd: de wet is de wet. De EBU heeft regels opgesteld en die zullen kost wat kost worden gehandhaafd. De kracht van deze benadering is duidelijkheid: de regels zijn bekend, gelden voor iedereen zonder uitzondering en worden consequent toegepast.

Het grootste probleem van deze benadering is dat ze totaal geen voeling heeft met de werkelijkheid. Afgesproken regels en wetten kunnen immers nooit altijd alle menselijke nuances en unieke omstandigheden voorzien. Handig voor grote criminele activiteiten, onbruikbaar voor eenvoudige menselijke wrijvingen. Het is koude en kille ethiek die geen rekening houdt met welk gevolg dan ook.

En laat nu precies het gevolg hier de meest interessante omstandigheid zijn. Want de organisatie heeft niet alleen Joost uitgesloten, maar feitelijk een heel land gediskwalificeerd. Miljoenen volgers teleurgesteld, nationale trots gekrenkt, horecaondernemingen gedupeerd en ga zo maar door. Het gaat ook over de macht die de EBU feitelijk heeft. Een weg terug leek er ook nooit meer te zijn: met hun beslissing hadden ze een enorm spelbederf toegevoegd. Joost mocht geen Fenix worden.

Maar de vraag die ongetwijfeld bij iedereen is opgekomen, is hoe een niet-fysieke handeling zulke negatieve gevolgen kan hebben. En gevolgen, daar gaat het utilitarisme over.

Bedacht door de filosofen Jeremy Bentham en John Stuart Mill, stelt utilitarisme dat de beste keuze die is die de meeste vreugde of het grootste voordeel brengt voor zoveel mogelijk mensen. Kort gezegd moeten we dan het vervelende gevoel van 1 vrouw afwegen tegen het plezier van miljoenen mensen. Op utilitarisme valt veel aan te merken, maar in dit geval waarbij er sprake is van een verbale uitspatting was het logisch een afweging te maken op basis van de simpele vraag:  ‘Zal het meer glimlachen op gezichten toveren als we Joost diskwalificeren of niet?’

Is de EBU inderdaad losgezongen van de werkelijkheid? Zou de cameravrouw dit zelf gewild hebben? Welke vorm van genoegdoening is eruit te halen? Hoe belangrijk is het absoluut deugen eigenlijk geworden? Hoe zit het met de menselijke maat, vergevingsgezindheid en proportionaliteit?

Tenslotte is het ook een interessante vraag wat wel een passende straf geweest zou zijn. Of nog beter: vanaf welke handeling zouden wij diskwalificatie gerechtvaardigd gevonden hebben?

Wat als blijkt dat het verhaal toch helemaal anders in elkaar steekt? En misschien denk ik wel te eenzijdig en zijn er zat mensen die juist wel legalistisch in de wedstrijd zitten en een zero-tolerance beleid omarmen?

Uiteindelijk zijn de meeste vragen toch politiek geladen. In een werkelijkheid waarin iedereen die een kleine fout maakt zonder de mogelijkheid van vergeving zijn dromen vernield ziet worden, denk ik (ik schreef het al 100x eerder) dat steeds meer mensen in verzet komen en kiezen voor een tegengeluid waarbij het absoluut deugen weersproken wordt. Het maken van fouten en vergissingen in de persoonlijke omgang zijn inherent aan onze natuur en de mogelijkheid om in vrijheid zulke fouten te mogen maken is cruciaal voor een gezonde samenleving.

En Joost? Die zal hevig teleurgesteld zijn, maar vooralsnog is hij de morele winnaar. Dit Songfestival zal toch voornamelijk herinnerd worden omdat hij werd gediskwalificeerd. Voor eeuwig wordt er gesproken over wat mogelijk was geweest als hij mee had gedaan. Maar de klucht is natuurlijk nog lang niet ten einde.

Een mooi einde weet ik overigens wel: stuur Joost volgend jaar naar het Songfestival met precies dit liedje en laat de cameravrouw lekken hakken op het podium. Gabber moet toch verbroederen.